Infraroodverbinding
Via een infraroodverbinding kunt u gegevens zoals
visitekaartjes, agendanotities en mediabestanden
overbrengen naar een compatibel apparaat.
Richt de infrarood-straal (IR) niet op andermans ogen
en vermijd dat deze stoort met andere IR-apparaten.
Dit apparaat is een Klasse 1 laserproduct.
Gegevens verzenden en ontvangen via infrarood
1
Zorg ervoor dat de infraroodpoorten van het
verzendende en ontvangende apparaat naar elkaar
wijzen en dat zich tussen de apparaten geen obstakels
bevinden. Plaats de twee apparaten liefst op maximaal
één meter afstand van elkaar.
2
De gebruiker van het ontvangende apparaat activeert
de infraroodpoort.
Druk op
en selecteer
Instrumenten
>
Connect.
>
Infrarood
als u de infraroodpoort van het apparaat wilt
activeren zodat u gegevens kunt ontvangen via een
infraroodverbinding.
3
De gebruiker van het verzendende apparaat
selecteert de gewenste infraroodfunctie om de
gegevensoverdracht te starten.
Ga naar het gewenste bestand in een toepassing of
Bestandsbeheer en selecteer
Opties
>
Zenden
>
Via infrarood
als u gegevens wilt verzenden via
een infraroodverbinding.
Als de gegevensoverdracht niet wordt gestart binnen één
minuut nadat de infraroodpoort is geactiveerd, wordt de
verbinding geannuleerd en moet deze opnieuw worden
geactiveerd.
Items die via een infraroodverbinding worden ontvangen,
worden opgeslagen in de map
Inbox
in
Berichten
. Nieuwe
infraroodberichten worden aangeduid met
.
Zie ’Belangrijke symbolen’ op pag. 32 voor meer informatie
over symbolen voor een infraroodverbinding.
USB
Druk op
en selecteer
Instrumenten
>
Connect.
>